Kuifje in Tibet
In Kuifje in Tibet (1960) staat vriendschap centraal, er is geen sprake van slechteriken of bandietenstreken. Het verhaal beschrijft de wanhopige zoektocht van Kuifje naar zijn vriend, de jonge Chinees Tchang, die op weg was naar Europa in een vliegtuig dat in de Himalaya is neergestort. Het trieste verhaal breekt met de extraverte toon van de voorgaande afleveringen en toont dat we met trouw en hoop alle obstakels kunnen overwinnen. Maar ook dat vooroordelen (in dit geval over ‘de verschrikkelijke sneeuwman’) vaak voortkomen uit onwetendheid.

Test uw kennis
+

Wit, wit en nog eens wit …
In de herfst van 1959 kwam er een einde aan de voorpublicatie van Kuifje in Tibet in het weekblad Kuifje. Daarop stelde Hergé zijn coverontwerp voor aan uitgeverij Casterman. Dat was vrij eenvoudig: Kuifje, Bobbie, kapitein Haddock en sherpa Tharkey onderzoeken de sporen die de yeti in de sneeuw heeft achtergelaten. Naast de personages in kleur, en een rode ovale cirkel met daarop de albumtitel, was de volledige illustratie wit, waarmee de grootsheid en smetteloze puurheid van de plek benadrukt werd.

Het ontwerp mocht dan van een ongeziene schoonheid zijn, het zou een prototype blijven. Volgens uitgeverij Casterman was het ontwerp te abstract voor kinderen en vanuit commercieel oogpunt dus niet ideaal. De tekenaar, die doorgaans weinig toegevingen deed op dit vlak, toonde zich inschikkelijk en voegde op de achtergrond een blauwe hemel toe en een horizon van afwisselend lichte en donkere bergen.
Geen ruimte voor nevenpersonages
In het hooggebergte hebben we alleen het hoogstnoodzakelijke bij ons, het is ondenkbaar dat we ballast met ons zouden meeslepen. In Kuifje in Tibet geldt hetzelfde principe bij de keuze van de deelnemers aan de expeditie. Kuifjes uitgebreide familie wordt herleid tot haar essentie: kapitein Haddock, Tchang en... Bobbie! Bianca Castafiore of Serafijn Lampion in de Himalaya, we kunnen het ons inderdaad moeilijk voorstellen …

De schattige sneeuwman
Hij is niet bepaald klein en ook geen nieuwkomer in de strikte zin van het woord, maar hij symboliseert de intrede van een nieuw soort personage in De avonturen van Kuifje: het wezen tussen mens en dier in.

De naam ‘verschrikkelijke sneeuwman’ zet ons op het verkeerde spoor, want deze spierbundel met z’n dikke vacht is in feite een delicaat, gevoelig en eenzaam schepsel. Aan het einde van Kuifje in Tibet kijkt de yeti toe hoe de karavaan met zijn enige vriend vertrekt. Het beeld ademt pijn en verdriet …
Gezegende Bliksem
Hij zegt niet veel, maar er wordt naar hem geluisterd. Wat opvalt is dat deze monnik van het lamaklooster Khor-Biyong, een Tibetaans klooster hoog in de bergen, visioenen krijgt wanneer hij zweeft... Dankzij zijn paranormale krachten is hij getuige van fenomenen die alleen hij kan beschrijven. Hij wordt een onverwachte bondgenoot van Kuifje en gelooft samen met hem dat Tchang nog leeft.

Geen bandieten!
Zoek de fout... nee hoor, toch niet! In Kuifje in Tibet is er geen sprake van een schattenjacht of een strijd tegen een bende kwaadaardige individuen; het gaat wel degelijk om een innerlijke reis.

Bobbie tussen engel en duivel
De dappere viervoeter is niet altijd even braaf en is zeker niet immuun voor verleidingen. Wanneer de spierwitte foxterriër voor de verscheurende keuze staat tussen zijn plicht vervullen of op een lekkere kluif kauwen, tussen het wijze advies van zijn beschermengel of de iets minder deugdzame woorden van zijn demonische alter ego, kiest hij niet noodzakelijkerwijs voor het juiste pad.

Meestal gaat het om een kortstondig moment van waanzin dat snel wordt vergeten, want gelukkig zorgt onze Bobbie voor het nodige evenwicht met heldendaden zoals alleen de grootsten ze kunnen vervullen.
De kapitein droomt...
Kuifje en Haddock zijn dan wel fictieve personages, ze dromen en hebben nachtmerries zoals wij allemaal. Dat geldt ook voor Kuifje in Tibet. Kuifjes droom heeft veel weg van een voorspelling, en Haddock reist, onder invloed van een typisch Schots brouwsel, naar het land van de verontrustende hallucinaties. Het decor van zijn nachtmerrie herinnert meteen aan het doek van Giorgio De Chirico (1888-1978), de Italiaanse schilder wiens werk enige tijd zeer in de smaak viel bij de surrealistische beweging.

Een nieuw genre?
Met Kuifje in Tibet treedt de stripwereld toe tot een nieuwe dimensie, die van de spiritualiteit. In deze twintigste aflevering van de serie blijven reizen, avontuur en actie overvloedig aanwezig, maar we vinden er ook heel wat elementen die rechtstreeks beïnvloed zijn door de persoonlijke evolutie van de tekenaar en de onderwerpen waar hij in de jaren ‘60 over las.

Naarmate hij ouder werd, nam Hergé immers steeds meer filosofische werken ter hand en verdiepte hij zich in de psychologie en psychoanalyse. Dat bracht hem op het pad van het taoïsme, zen en het boeddhisme.
Fragment uit de tekenfilm
+