Vlucht 714
Vlucht 714 (1968) vertelt over een onderbroken reis, een kaping die alles op zijn kop zet. Kuifje en zijn metgezellen treden binnen in een onbekende, onwerkelijke wereld met telepathische verschijnselen: ze hebben zowaar contact met ruimtewezens en ontwaken daarna uit een droom... Maar is het wel een droom? Jakarta, daar maakt de Boeing van vlucht 714 zijn laatste tussenlanding voor Sydney.

Test uw kennis
+
Na een onverwachte ontmoeting met een oude bekende (Szut) besluiten Kuifje en zijn vrienden de uitnodiging van de beroemde miljardair Laszlo Carreidas (‘de man die nooit lacht’) te aanvaarden en gaan ze aan boord van zijn vliegtuig met drie straalmotoren, de Carreidas 160. En zo worden ze plots getuigen van de ontvoering van de miljardair.
Hij heeft wel wat weg van Dassault, die Laszlo...
De ene is vliegtuigbouwer, de andere ook. De ene zou nooit lachen, de andere ook niet. De ene draagt een hoed, sjaal en bril, de andere ook.

Het is zo klaar als een klontje: Laszlo Carreidas en Marcel Dassault hebben heel wat gemeenschappelijk. Had Hergé hierover ooit een vraag gekregen, hij had het ongetwijfeld toegegeven …
Sani-Cola: oppassen geblazen
Een van de beste gags van het album wordt over drie pagina's weergegeven, stukje bij beetje. De clou? Het moment waarop kapitein Haddock ontdekt dat Sani-Cola, een frisdrank met chlorofyl geproduceerd door Laszlo Carreidas, een verrassend effect heeft op kamerplanten.

De Carreidas 160 in de handen van een expert
Het stond voor iedereen bij Studios Hergé als een paal boven water: Roger Leloup was dé expert in het tekenen van vliegtuigen. Niet meer dan logisch dus, dat Hergé de toekomstige geestelijke vader van Yoko Tsuno de opdracht gaf om de Carreidas 160 te ontwerpen. De dwarsdoorsnede van dit supersonische vliegtuig met drie straalmoren en verstelbare vleugels werd gepubliceerd in het weekblad Kuifje en gaf aan ‘de jeugd van 7 tot 77 jaar’ al zijn geheimen prijs.

Dat lijkt wel een ruimtevaarder …
Voor het mysterieuze standbeeld dat, wanneer het kantelt, een doorgang onthult voor de groep vluchtelingen onder leiding van Kuifje, nam Hergé zijn toevlucht tot een proces dat tijdens het avontuur met de maanraket zijn doeltreffendheid al had bewezen. Hij liet een maquette met scharnieren bouwen op basis van de enige foto die hij had en maakte er, zoals we kunnen zien, uitstekend gebruik van.

Met de neus op de feiten gedrukt...
Wanneer ze de ontsnapte gevangenen achtervolgen, staan Rastapopoulos en Allan plots oog in oog met een neusaap. De naam zegt het al: deze aap is begiftigd met een bijzonder imposante neus. Dat die neus Allan ‘aan iemand doet denken’, is één ding … Maar dat die 'iemand’ dan net Rastapopoulos moet zijn, is nog iets anders …

Met de rrrrollende R
Mik Ezdanitoff, de laatste wetenschapper die het pad kruist van Kuifje en zijn vrienden, dankt zijn kennis over telepathie en hypnose aan zijn bijzondere band met buitenaardse wezens.

Hergé haalde de mosterd voor deze bijzondere wetenschapper bij Jacques Bergier, een vooraanstaand specialist in paranormale verschijnselen die samen met Louis Pauwels het tijdschrift en de encyclopedie Planète uitbracht.
Fluiten op een contrabaf
In Vlucht 714 wilde Hergé de mythe ontkrachten rond 'Avontuur met de hoofdletter A'. Daar betalen vooral de slechteriken de tol voor: zij komen eerder belachelijk dan boosaardig over. Een prachtig voorbeeld daarvan is de scène waarin Rastapopoulos, vol blutsen en builen, een woedeaanval krijgt tegenover Allan. Aangezien die zijn kunstgebit is kwijtgespeeld, begint hij onverstaanbaar te lispelen.

Fragment uit de tekenfilm
+